Lat. Naam: | Camponotus singularis | |
Gebruikelijke naam: | – | |
Taxonomie: | Subfamilie: Formicinae Stam: Camponotini | |
Op niveau blijven: | (2) hogere eisen inzake klimaat- en vluchtpreventie | |
Distributie: | Zuidoost-Azië | |
Habitat: | tropisch regenwoud | |
Kolonievorm: | monogyne | |
Koningin: | Maat: 17 - 20mm Kleur: zwart | |
Arbeider: | Maat: 11 - 19mm Kleur: zwart, hoofd rood, polymorf | |
Soldaat: | niet aanwezig | |
Man: | Maat: – Kleur: – | |
Voedsel: | Honingwater, insecten b.v. Dipteranen zoals vliegen, mosquitos | |
Vochtigheid: | Arena: 50 – 70% Nestpart: 50 – 70% | |
Temperatuur: | Arena: 21 - 35°C Nestpart: 24 - 28°C | |
Winterslaap: | Geen | |
Type nest: | Bouwen hun nest in de grond | |
Formicarium type: | Boerderij, Boerderijbekken, Bassin, Framebasin, Eiland, Acrylcylinder, Ytong/Plasternest | |
Formicarium grootte: | Maat: L – XL | |
Substraat: | Boerderij: Zand-leem Arena: Zand, Zand-Loam | |
Aan het planten: | vergelijkbaar met tropisch regenwoud met mos en tropische planten, b.v. passiflora | |
Decoratie: | Takken, wortels, bladafval | |
Beschrijving: | Camponotus singularis is een mooie Aziatische mier die een hoge activiteit en een interessant wervingsgedrag vertoont. Het zijn hoofdzakelijk nachtelijke foerageerders, maar als gevolg van de gewoonlijk lagere lichtemissie in menselijke flats vertonen zij ook overdag activiteit. Ze ontwikkelen zich snel en hebben indrukwekkende grote werksters. | |
Ontwikkeling: | Nuptiale vlucht: met het begin van het regenseizoen stichtend: claustraal (zonder voeding) colonysize: tot een paar 1000 individuen |
|
Hoeveelheid: | een bevruchte koningin met werksters (zie selectie); broedsel (afhankelijk van het seizoen en de ontwikkeling) | |
Weblinks: | - Forum |
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.