Latijnse naam: | Aphaenogaster gibbosa | |
Triviale naam: | – | |
Taxonomie: | Subfamilie: Myrmicinae Stam: Pheidolini | |
Houden van niveau: | (1) Soorten uit Zuid-Europa die hogere eisen stellen aan voedsel en klimaat | |
Distributie: | Portugal, Spanje, Zuid-Frankrijk ook bekend uit Rusland, Turkmenistan en Iran | |
Habitat: | bos en kreupelhout | |
Kolonievorm: | monogyne | |
Koningin: | Maat: 7mm Kleur: bruin met gele poten | |
Arbeider: | Maat: 6 - 7mm Kleur: bruin met gele poten | |
Soldaat: | niet aanwezig | |
Mannen: | Maat: – Kleur: zwart met gele poten | |
Voeding | Honingwater en Insecten b.v. Dipteranen zoals Vliegen of Muggen | |
Luchtvochtigheid: | Arena: 30 – 50% Nestpart: 50 – 70% | |
Temperatuur: | Arena: 18 - 28°C Nestpart: 21 - 24°C | |
Winterslaap: | ja, van eind november tot eind februari bij 15°C | |
Nestvorm: | Bouwen hun nest in de grond en onder stenen | |
Soort Formicaria: | Boerderij, Boerderijbekken, Bassin, Framebasin, Eiland, Acrylcylinder, Ytong/Plasternest | |
Formicaria grootte: | Maat: M | |
Substraat: | Boerderij: Zand-leem Arena: Zand, Zand-Loam | |
Aan het planten: | vergelijkbaar met Forestareas met mos, gras en andere planten | |
Decoratie: | Takken, Wortels, Treeneedels | |
Beschrijving: | Aphaenogaster gibbosa is een nachtmier die een agressief gedrag vertoont tegen nestverstoorders. | |
Ontwikkeling: | paringsvlucht: – stichtend: claustraal (zonder voeding) colonysize: tot 10.000 individuen |
|
Hoeveelheid: | een bevruchte koningin met werksters (zie selectie); broedsel (afhankelijk van het seizoen en de ontwikkeling) | |
Weblinks: | - Forum |
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.